Keuzes+chauffeur+bepalen+prestatie+zelfrijdende+voermengwagen
Nieuws
© Frits Huiden

Keuzes chauffeur bepalen prestatie zelfrijdende voermengwagen

De keuzes van de chauffeur hebben grote invloed op de prestaties van een zelfrijdende voermengwagen. Denk hierbij aan de mengtijd en de vlotheid bij het laden. Dat bleek uit een vergelijking van zes zelfrijders op een demo in het Belgische Lommel door de Boerenbond. Bij alle voermengwagens was de mengkwaliteit prima.

De sterkste punten van een zelfrijdende voermengwagen zijn snelheid, nauwkeurig laden en tegelijk zuinig omspringen met diesel. Daarbij spaart een zelfrijder een trekker uit en scheelt het veel overstappen en heen en weer rijden met shovel en voermengwagen.

De controle van de mengkwaliteit en fractieverdeling met schudboxen.
De controle van de mengkwaliteit en fractieverdeling met schudboxen. © Frits Huiden

Dat blijkt ook op een demonstratie van de Belgische Boerenbond waar zes zelfrijdende voermengwagens met elkaar zijn vergeleken. Een van de fabrikanten schat de arbeidsbesparing met een zelfrijdende voermengwagen op 50 procent en de dieselbesparing per ton geladen product 25 procent tegenover gemengd voeren met trekker en shovel.

Schoon erf

Een ander pluspunt is dat het erf schoon blijft, doordat er geen voer wordt gemorst tijdens het heen en weer rijden. Uit een Duits onderzoek zou blijken dat 2 tot 3 procent van het voer uit een shovelbak valt tijdens het laden van een mengwagen.

Op de demonstratie waren een AGM Sitrex Premier 170, Sgariboldi Grizzly 7120/2, Siloking Selfline Premium 2215, Storti Dobermann SW200, Strautmann Verti-Mix 2001 SF en een Trioliet Triotrac M 1-1400 te zien. De wagens hebben twee verticale vijzels en een inhoud van ongeveer 20 kuub. De Triotrac wijkt af met 14 kuub. De AGM is 17 kuub. Een vier- of zescilinder van pakweg 150 tot 225 pk is gemeengoed.

© Frits Huiden

Alleen de AGM werkt met een enkele vijzel en de Trioliet onderscheidt zich met zijn snijmes in plaats van een frees. Sgariboldi heeft veel klantspecifieke opties. Magneten tegen scherp in het voer zijn bij elk merk optie. Deze zitten volgens sommige vertegenwoordigers het beste op de vijzel om ijzeren zwerfafval op te vangen. Er is dan wel moeilijker bij te komen om leeg te maken. Er zijn ook magneten bij de losopening te krijgen zoals een rotormagneet.

Mengtijd

De organisatie pakte de vergelijking van de zelfrijdende voermengwagens serieus aan. Elke wagen begon afgetankt aan het laden van een vast rantsoen van gras, mais, pulp en fijne componenten. Daarna mocht de chauffeur zelf bepalen hoelang – maximaal tien minuten – hij de wagen liet mengen. Vervolgens werd de kuip die voor twee derde was gevuld, uitgedoseerd voor het voerhek.

© Frits Huiden

Na een ronde voeren werden de voerwagens afgetankt met Belgische rode diesel en werd het voer op drie plekken langs het voerhek met een schudbox gezeefd in drie fractiegroottes.

Momentopname

De resultaten zijn duidelijk een momentopname en afhankelijk van de gekozen mengtijd. De chauffeur heeft dus grote invloed op de prestaties. Zo koos Sgariboldi ervoor korter te mengen, moest Trioliet een tweede keer laden omdat er nog te weinig in de kuip zat en hoeft ook de AGM minder lang te mengen met zijn enkele vijzel en kleinere kuip.

© Frits Huiden

Ondanks de zelfgekozen verschillen in de duur van het mengen, lieten de zeefresultaten weinig onderscheid zien. Alle zelfrijdende voermengwagens scoorden goed op dit punt.

Grote bestanddelen

Vooral de AGM had wat minder grote bestanddelen in de zeef en bleek met 1,27 liter per kuub per uur net als de kleine 14 kuubs Triotrac zuinig. De grote Strautmann en vooral de 22 kuub Siloking verbruikten met respectievelijk 1,6 en 2,16 liter per kuub per uur het meest van de zes.

De Strautmann Verti-Mix 2001 SF zelfrijdende voermengwagen.
De Strautmann Verti-Mix 2001 SF zelfrijdende voermengwagen. © Frits Huiden

De Siloking koos met 35 omwentelingen van de vijzels voor een vrij hoog toerental om na te mengen.

© Frits Huiden

Tot slot werd ook nog even in de kuip gekeken of deze goed leeg was gedraaid. Sgariboldi en Siloking hadden van de zes het meeste voer op de vijzels liggen en Strautmann en Trioliet het minste. Ook dit is weer afhankelijk van de moeite die de chauffeur neemt om de vijzels nog even op een hoger toerental schoon te laten draaien.

Vraagprijs

De vraagprijs van de deelnemende zelfrijders hangt sterk af van de opties die zijn gekozen en ligt daarmee ver uit elkaar. Zo kost de kleine 14 kuubs Trioliet ongeveer 200.000 euro, terwijl de grote Sgariboldi van 215.000 euro en de Siloking als demo-uitvoering met wat uren op de klok met 209.000 euro daar helemaal niet ver vandaan liggen.

De AGM Sitrex met enkele vijzel is vanaf 185.000 euro verkrijgbaar, terwijl de grote Strautmann 280.000 euro kost en de Storti Dobermann voor 230.000 euro op het erf staat.

© 2020 Smartfarming.nl is een uitgave van AgriPers bv.