Negen+melkveehouders+gaan+door+in+Dutch+Dairy+Challenge
Nieuws
© Johan Wissink

Negen melkveehouders gaan door in Dutch Dairy Challenge

De beste innovaties voor verduurzaming van de melkveesector worden bedacht op het boerenerf. Dat is de gedachte achter de Dutch Dairy Challenge, een initiatief van diverse organisaties in de melkveesector.

Na een selectie van de aangemelde ideeën zijn negen melkveehouders aan de slag gegaan met de 100 dagen challenge om hun ruwe innovatieve idee uit te werken tot een realiseerbaar plan. In een serie van drie artikelen komen de kandidaten aan bod. Vandaag: deel 1 van 3.



Fred Boelens
Fred Boelens © Harry Tielman

'Ik wil volledig loskomen van het energienet'

Melkveehouder Fred Boelens uit het Drentse Zeegse wil wat betreft energievoorziening volledig onafhankelijk worden van het energienet, voor zowel elektriciteit als gas. De hoge energieprijzen en de onzekerheid van de afgelopen periode hebben hem dit inzicht gegeven.

Want de mest die zijn koeien produceren, zou genoeg moeten zijn om in de eigen energiebehoefte te voorzien. 'Dat blijkt ook. We zijn in het kader van de Dutch Dairy Challenge al aan het onderzoeken geweest en hebben gesproken met een leverancier van biogasinstallaties. Je zou een kleinere installatie kunnen ontwikkelen. Maar dan nog produceren wij meer energie dan dat we voor eigen gebruik nodig hebben', zegt Boelens.

De jaarlijkse energiebehoefte van het bedrijf van familie Boelens is 70.000 kilowattuur. Via vergisting zou het bedrijf zeker 150.000 kilowattuur aan stroom produceren. 'Maar wij willen juist onafhankelijk zijn van het net. Ons plan is niet om stroom of gas te leveren aan het net. Bedrijven in de buurt zijn dat wel aan het ontwikkelen. Dat zijn bedrijven die dichter bij elkaar liggen. Wij liggen op afstand. Wat wij zoeken, is juist iets anders', licht de melkveehouder toe.

Uitgaan van bestaande techniek

Boelens ziet meer heil in het gebruikmaken van de bestaande mestsilo op het bedrijf waar 1.000 kuub mest in opgeslagen kan worden. 'Daar willen we op voortborduren. Het is wel slim om uit te gaan van bestaande techniek.'

Als het lukt om een energiecentrale te ontwikkelen, dan denkt de melkveehouder dat zijn techniek goed uitrolbaar is op andere melkveebedrijven. 'Als het hier werkt, werkt het ook op andere bedrijven. Wel heeft mestverwerking gevolgen voor de bemesting. Digestaat bevat minder organische stof. Je moet wel voldoende koolstof op het land kunnen brengen.'

Idee 1: een eigen energiecentrale
Fred, Stan en Andrea Boelens hebben een melkveebedrijf met 110 melkkoeien en 60 stuks jongvee in het Drentse Zeegse. Ze boeren op 70 hectare, waarvan 50 hectare in eigendom. Ongeveer 11 hectare gebruiken ze voor de teelt van mais. De familie wil overstappen op een biologische bedrijfsvoering en een eigen energiecentrale.


Jan Versluis verbouwt zonnekroon.
Jan Versluis verbouwt zonnekroon. © Dirk Hol

'Vezels zonnekroon voor biobased bouwen'

Melkveehouder Jan Versluis uit het Utrechtse Meerkerk heeft vorig jaar voor het eerst zonnekroon ingezaaid. Volgens hem heeft het gewas grote mogelijkheden, omdat er in de toekomst steeds meer biobased wordt gebouwd.

Versluis heeft het gewas tegelijkertijd met mais in de rij ingezaaid. 'Het voordeel is dat je hierdoor weinig onkruiddruk hebt. De mais groeit door, maar de zonnekroon blijft laag in het eerste groei-jaar en wordt niet hoger dan een krop sla', zegt hij.

'De zonnekroon heeft geen last van de mais, omdat de groei in het eerste jaar vooral in het wortelstelsel zit. Bij de oogst moet de hakselaar misschien alleen iets hoger worden afgesteld', legt de melkveehouder uit.

Proeflocatie

Het is volgens de melkveehouder ook mogelijk om zonnekroon volvelds in te zaaien. 'Ik zie het als een extra bron van inkomsten met potentie voor melkveehouders. Mijn bedrijf wil ik als proeflocatie inrichten voor bezoek, voorlichting, waterschappen, onderwijs, studenten en onderzoek.'

Zonnekroon is een blijvend gewas met een worteling tot 2 meter diep. 'Uitstekend dus voor de bodemstructuur', vindt Versluis. 'De wortels zijn watervasthoudend en vertragen daardoor de bodemdaling en waterafvoer. De plant slaat zowel in de bodem als het gewas veel CO2 op die behouden blijft als het gewas in bouwmateriaal wordt verwerkt.' Voor de teelt heeft zonnekroon geen kunstmest en gewasbescherming nodig.

De melkveehouder wil het gewas puur verbouwen voor biobased bouwmaterialen, maar het is ook te gebruiken als veevoer. 'Dan moet je het wel twee keer oogsten, want anders wordt het te houterig. Zonnekroon groeit goed op klei-op-veengrond, zoals bij ons, en is een interessant alternatief voor de maisteelt waarvoor wel jaarlijkse grondkering voor moet worden uitgevoerd. Na de voorjaarsbemesting is er geen landwerk meer nodig.'

Idee 2: van veeteelt naar vezelteelt
Jan Versluis uit het Utrechtse Meerkerk heeft geen melkvee meer, maar nog wel de inrichting. Tot vorig jaar had hij een maatschap met een collega en leek hij geen opvolging te hebben. Sinds afgelopen jaar zit hij met zijn kinderen Robert, Stefan en Michelle in een vof met als doel het bedrijf volledig te richten op de vezel- en veevoerteelt.


Marcel en Martien van Gurp
Marcel en Martien van Gurp © Kees Muizelaar

'Dit levert 70 procent ammoniakreductie op'

De familie Van Gurp uit het Overijsselse Zwolle heeft samen met haar luchtwasserleverancier een systeem bedacht om in een melkveestal de mest elk uur weg te schuiven en luchtdicht op te slaan. Het Guveld-systeem, zoals de familie het noemt, bestaat uit een dubbele vloer en een luchtwasser.

'Wij hebben ook vleesvarkens en daaruit is het idee eigenlijk gekomen. Daar is het al gebruikelijk om met een dubbele vloer te werken, alleen zit er dan een stop in de onderste vloer', legt Marcel van Gurp uit.

Via een traditionele roostervloer komt de mest tussen de eerste en tweede vloer terecht. Daar wordt de mest elk uur weggeschoven naar de onderste kelder waar een luchtwasser de ammoniak wegzuigt. 'Zo voorkom je dat er explosiegevaar dreigt, wat soms het geval is bij de emissiearme vloeren die op de RAV-lijst staan', licht Van Gurp toe. 'Wij verwachten dat dit systeem een ammoniakreductie van zeker 70 procent kan opleveren. Het systeem zorgt verder voor een beter binnenklimaat in de stal.'

De emissies worden gereduceerd doordat de mest met regelmaat wordt afgevoerd en wordt opgeslagen in een afgesloten kelder. 'Het is net of je de wc doorspoelt en weg is de mest. Op stalniveau is het probleem opgelost', zegt de veehouder.

RAV-lijst

Van Gurp wil het systeem ook op de RAV-lijst krijgen. Hij hoopt dat de Dutch Dairy Challenge hun idee verder helpt. 'De emissiearme vloeren hebben altijd problemen met rubbertjes en klepjes, waardoor het systeem niet waterdicht is. Dit is duidelijk; de mest is echt weg en afgesloten. Een Lely Sphere is ook mooi, maar dan heb je een hele mestfabriek op je erf nodig.'

Het mestsysteem is volgens de veehouder te gebruiken in stallen voor zowel melkvee, jongvee als rosékalveren.

Idee 3: Guveld milieuvriendelijk mestsysteem
Martien en Ine van Gurp hebben samen met hun zoon Marcel in maatschap een bedrijf met 850 vleesvarkens, 120 melkkoeien en 150 rosékalveren in het buitengebied van het Overijsselse Zwolle. Vanuit de varkenshouderij zijn ze bekend met een systeem met een dubbele vloer. Voor de melkveehouderij zien ze hier ook een oplossing in.

© 2020 Smartfarming.nl is een uitgave van AgriPers bv.